Oliebestrijdingsoefening in offshore windparken

Op dinsdag 28 juni 2022 vond een oefening plaats op zee waarbij een gesimuleerde olievlek binnen de offshore windparken werd opgeruimd. Het doel van deze oefening was het testen en optimaliseren van procedures, middelen en samenwerking tussen diensten voor als er zich een olieramp zou voordoen op zee. De dienst Marien Milieu van de FOD Volksgezondheid coördineerde de oefening met alle betrokken diensten. Vice-eersteminister en minister van de Noordzee Vincent Van Quickenborne bracht een bezoek aan de schepen. Het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen leverde ondersteuning vanuit de lucht en modelleringen.

Mechanische recuperatie met behulp van een veegarmsysteem op de Zeetijger (DAB Vloot) (© KBIN/BMM)

Snelle respons

Het aantal olievervuilingen op de Noordzee waarbij een opruimactie noodzakelijk is, is de laatste jaren sterk gedaald en in 2021 werd zelfs geen enkele olielozing vastgesteld in de Noordzee. Regelmatig luchttoezicht, scheepvaartinspecties en de controle van satellietbeelden zorgen voor een ontradingseffect wat betreft illegale lozingen. Een ongeval blijft echter mogelijk waarbij een snelle respons met pollutiebestrijdingsmiddelen noodzakelijk is om schade aan het milieu te beperken. Het toenemend transport van olie over water als gevolg van de oorlog in Oekraïne verhoogt het risico op dergelijk type incident.

Sproeisysteem met dispersanten aan boord van de P902 Pollux (Belgische marine) (© KBIN/BMM)

Te land, ter zee en in de lucht

Voor deze oefening werd een grote olievlek nagebootst met stro, die de windparken Seastar en Nobelwind binnendreef. Via de kustwachtcentrale werd de dienst Marien Milieu verwittigd waarop deze een opruimactie startte. Met behulp van Hulpverleningszone 1 (regio Brugge-Oostende) werd het materiaal naar een schip van de Marine en een schip van DAB Vloot gebracht. Eenmaal geïnstalleerd konden de schepen uitvaren en op locatie starten met de bestrijding. In de lucht bewaarde het vliegtuig van de wetenschappelijke dienst Beheerseenheid van het Mathematisch Model van de Noordzee (BMM, onderdeel van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen) een overzicht over de hele bestrijdingsoperatie. Deze dienst maakte ondertussen modellen op om de herkomst van de olie te achterhalen en te voorspellen waar de vlek naartoe dreef. Die boden de mogelijkheid om gericht materieel in te zetten moest het nodig geweest zijn op te schalen.

Mechanische recuperatie met behulp van een veegarmsysteem op de Zeetijger (DAB Vloot) (© FOD Volksgezondheid)

Bestrijdingstechnieken

De techniek die in eerste instantie wordt gebruikt in het Belgische deel van de Noordzee is mechanische recuperatie. Dit betekent dat de olie wordt verzameld en aan land wordt gebracht voor verwerking. Als deze tactiek niet mogelijk is, kan een chemisch middel worden gesproeid op de olie om deze in kleinere druppels te verdelen. Die kunnen door de natuur met haar zelfreinigend vermogen beter worden opgeruimd. Een chemische dispersant in de natuur brengen en de olie in het water laten, is niet de eerste keuze maar kan in noodgevallen, mits een wetenschappelijke afweging van voor- en nadelen en goedkeuring van de BMM, worden gebruikt. Beide technieken werden getest in deze oefening.

Sproeisysteem met dispersanten aan boord van de P902 Pollux (Belgische marine) (© KBIN/BMM)

Vlotte samenwerking

Dit type oefeningen zijn mogelijk dankzij een degelijke samenwerking tussen verschillende partners. Overeenkomsten zoals deze tussen de dienst Marien Milieu, de Civiele Bescherming en Hulpverleningszone 1 ondertekend op 13 juli 2021 en goede relaties tussen de kustwachtpartners dragen bij tot het slagen van oefeningen én echte bestrijdingsoperaties.

Vincent Van Quickenborne, vice-eersteminister en minister van Noordzee: “De Noordzee is ons grootste natuurgebied. Dat moeten we goed beschermen. Dat doen we onder meer met bestrijden van luchtvervuiling en door zwerfvuil uit de zee te halen. Maar een ongeluk is snel gebeurd. Zeker op één van de drukste zeegebieden ter wereld. Dan moet er snel ingegrepen worden. Sinds vorig jaar bundelen de dienst Marien Milieu, Civiele Bescherming en Hulpverleningszone 1 (regio Brugge-Oostende) hun krachten. Zo kan eventuele vervuiling bij een incident snel en efficiënt worden bestreden.”

Sproeisysteem met dispersanten aan boord van de P902 Pollux (Belgische marine) (© FOD Volksgezondheid)